Dat is het heerlijke van gedichten, dat je even een andere persoon mag zijn. Een betere liefst.
Dernier madrigal
Quand je mourrai, ce soir peut-être,
Je n’ai pas de jour préféré,
Si je voulais, je suis le maître,
Mais… ce serait mal me connaître,
N’importe, enfin, quand je mourrai.
Mes chers amis, qu’on me promette
De laisser le bois… au lapin,
Et, s’il vous plaît, qu’on ne me mette
Pas, comme une simple allumette,
Dans une boîte de sapin ;
Ni, comme un hareng, dans sa tonne ;
Ne me couchez pas tout du long,
Pour le coup de fusil qui tonne,
Dans la bière qu’on capitonne
Sous sa couverture de plomb.
Car, je ne veux rien, je vous jure ;
Pas de cercueil ; quant au tombeau,
J’y ferais mauvaise figure, Je suis peu fait pour la sculpture,
Je le refuse, fût-il beau.
….Dit gedicht is nog veel langer. Ik laat het hier bij. Ik ken ook niet meer coupletten uit het hoofd.
Uiteindelijk wil de dichter begraven worden in een klein plaatsje in het district Var. Jaren lang heb ik er naar toe gewild maar het is er nooit van gekomen.
Germain Nouveuau(1851-1920)
Lieve Jack,
Ja, je hebt gelijk wat betreft de beheersing van het mooie Frans!
Ik heb zelf veel Frans onderwezen gekregen, ook literatuur en daar ben ik nog steeds blij mee, want dingen blijven je bij w.b toneelschrijvers en stromingen…
Nu ik dit gedicht las, weet ik pok niet exact alle woorden, maar de interpretatie ontgaat me niet.
Mooi, comme une chanson.
Merci et je pense a toi et Anneke, tous les jours.
Liefs, Dineke